In oktober 2012 passeerde een in Nederland woonachtige man van Afrikaanse afkomst een 'groene' uitgang op Schiphol. De douane voerde op dat moment een bij dat type uitgang gebruikelijke steekproef uit.
De dienstdoende douanier sprak de man aan en vroeg hem onder andere of, en hoeveel geld hij bij zich had. Hierop toonde de man 3 bankbiljetten van 5 euro. De douane bekeek vervolgens diens reisdocumenten waaruit bleek dat hij die dag op en neer naar Milaan was geweest.
Nu is Milaan niet de goedkoopste stad in Europa, maar het was toch wel vreemd om met slechts 15 euro op zak weer op Nederlandse bodem terug te keren. De douanier besloot om die reden de man te visiteren. Bij het fouilleren werd in een binnenzak een stapeltje bankbiljetten aangetroffen. Het stapeltje was zorgvuldig verpakt en bleek een bedrag van 7000 euro te zijn.
Toen de man daarna gevraagd werd of hij nog meer geld bij zich had, viste de douane op aanwijzing van de man nog eens 3000 euro uit diens onderbroek. Bepaald niet een gebruikelijke plaats om geld te vervoeren. Desgevraagd zei de man, dat het geld niet van hem was en er verder niets over mee te delen had. Hij werd daarop voor witwassen aangehouden en in detentie gezet.
FIU-Nederland werd vervolgens gevraagd of er aanvullende transactie informatie in hun systemen aanwezig was. En inderdaad waren er nog een aantal transacties in de FIU database op de man terug te brengen.
In eerste instantie waren 8 transacties aan hem te linken. Na uitgebreide analyse bleken er uiteindelijk 50 transacties, hoofdzakelijk moneytransfers naar begunstigden in zijn geboorteland, op hem terug te brengen te zijn. Soms wel tien keer in één maand tijd en voor bedragen onder de zogenaamde objectieve meldgrens van 2000 euro. Op deze wijze maakte hij ruim vijftigduizend euro over terwijl dit in geen enkele verhouding tot zijn opgegeven inkomen stond.
In augustus 2013 werd de zaak door de rechtbank Amsterdam behandeld. De man werd schuldig geacht aan zogenaamd gewoontewitwassen en kreeg een gevangenisstraf van 6 maanden waarvan de helft voorwaardelijk.
De inbeslaggenomen 10.000 euro kreeg hij niet terug.
De gemelde transacties hebben een doorslaggevende rol gespeeld in de bewijsvoering voor 'gewoonte' witwassen omdat de verdachte tientallen onverklaarbare transacties had uitgevoerd, soms zeer kort op elkaar.
Waren de transacties niet bekend geworden, dan was er vrijwel zeker een lichtere vorm van witwassen bewezen verklaard en was de straf om die reden lager uitgevallen. De moneytransfer organisatie had het transactie patroon van de veroordeelde goed onderkend en meldde de transacties ook al lagen de bedragen onder de objectieve grens.